Podologie


Wist U dat veel mensen te kleine schoenen dragen?

En dat daardoor niet alleen in de voeten maar in het hele lichaam klachten kunnen ontstaan?

Een van de eerste observatie's is daarom ook het kijken naar de door U gedragen schoen. Als daar een probleem aanwezig is, dan is dat het eerste wat verbeterd kan worden.

Wanneer past de schoen?

Als de lengte, wijdte, wreefmaat, ligging van het balpunt (het diepste punt van de schoen) en de vorm van de schoen overeenstemmen met die van de voet. Daarom bepalen we allereerst de lengte en breedte van Uw voeten, door het meten en maken van een blauwdruk van de voeten. Tijdens het lopen veren de voeten door en worden ze langer. Bij kinderen is er bovendien groeiruimte nodig. Meestal is er een verschil tussen linker en rechter voet. Daar dient allemaal rekening mee te worden gehouden. De ligging van het balpunt verschilt per persoon maar kan ook per schoenmerk verschillen. Zolang de voeten groeien zal men elke drie maanden de lengte moeten controleren. Als er een hak onder de schoen zit, wordt het geleng versterkt door een cambreur. Dat is een stalen veer die voorkomt dat de schoen doorzakt en er voetproblemen zoals een 'hielspoor' ontstaan. De juiste torsiestijfheid van de loopzool: bij te slappe schoenen nemen de voeten gemakkelijk een verkeerde stand aan en ontstaan er te hoge drukken onder de voorvoet; te stugge zolen belemmeren de natuurlijke afwikkeling eveneens. Het lopen op asfalt, beton en steen dreunt via elke stap door via de gewrichten tot in het achterhoofd. Een goede schokdemping van de hak beperkt dit. Het contrefort of hielversteviging zorgt ervoor dat de schoen zijn stand behoudt. Volnerf leer, gebruikt voor het bovenmateriaal van de schoen, voert het beste het door de voeten geproduceerde vocht af. Daarom is de voering ook van leer. Voetschimmel ontstaat gemakkelijk als de schoenen van binnen te vochtig zijn.

De schoen is bij de buitenenkel lager dan bij de binnenenkel om te voorkomen dat er druk op de enkel ontstaat. Er moet voldoende ruimte zijn voor een vrije ligging van alle vijf de tenen naast elkaar. Als tenen in de schoen scheef gedrukt of opgekruld worden, beschadigen de gewrichten en wordt de afwikkeling belemmerd met als gevolg VOORVOETKLACHTEN. Voor bij de tenen moet voldoende teenhoogte bestaan om wrijving te beletten. Een ingegroeide nagel ontstaat door druk van de schoen als er te weinig teenruimte is. Schoenen worden met verschillende soorten wreefmaat gemaakt omdat er voeten zijn met een lage, gemiddelde en hoge wreef. Bij smalle schoenen ligt het balpunt verder naar achteren dan bij brede voeten. De correcte ligging van het balpunt zorgt ervoor dat de schoen op de juiste plaats buigt. Schoenen met een gebroken wijdte hebben veel ruimte voor de voorvoet maar zijn in de hiel smal zodat de schoen niet slipt.

  • 95 % van de pasgeborenen heeft gezonde voeten;
  • bij 50 % van de jongeren rond de puberteit zijn er al voetafwijkingen ontstaan;
  • veel mensen dragen 1 á 2 maten te kleine schoenen en zijn zich doorgaans daar niet van bewust;
  • schoenen die niet passen zijn bij elke stap een trauma voor de voet en gaan op den duur zorgen;
  • voor voetklachten en klachten elders in het lichaam;
  • voetklachten veroorzaken bewegingsarmoede;
  • bewegingsarmoede speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van diverse welvaartsziekten zoals hart-en vaatziekten, overgewicht, diabetes typeII en botontkalking.

Chines met afgebonden voet
"Een maatje groter in de schoen, kan wonderen doen."